Tips voor je eerste huttentocht in Oostenrijk

Het wandelseizoen voor huttentochten in Oostenrijk loopt grofweg van eind juni tot begin oktober. In deze periode zijn de meeste bergpaden goed begaanbaar en zijn de hutten geopend en bemand. Eerder in het seizoen kan er op hoogte nog sneeuw liggen, terwijl in het najaar veel hutten sluiten en de dagen snel korter worden. Voor een eerste huttentocht is het daarom verstandig om binnen het hoofdseizoen te blijven. Dat houdt de planning overzichtelijk en voorkomt onnodige verrassingen.

Ook in de zomer kan het weer in de bergen snel omslaan. Een zonnige ochtend zegt weinig over hoe de middag eruitziet, en onweersbuien komen regelmatig later op de dag voor. Daarnaast kunnen de temperatuurverschillen tussen het dal en hogerop groot zijn. In de video hieronder leggen we uit hoe wij naar bergweersverwachtingen kijken en wat je kunt doen als de omstandigheden veranderen. Dat helpt je om onderweg betere keuzes te maken en met meer vertrouwen te wandelen.

Een van de meest voorkomende beginnersfouten bij een huttentocht is het plannen van te lange wandeldagen. In de bergen wordt je wandeltijd niet alleen bepaald door de afstand op de kaart, maar vooral door het hoogteverschil, het terrein en het aantal pauzes dat je nodig hebt. Wat extra ruimte in je dagplanning maakt een groot verschil, zeker tijdens je eerste meerdaagse tocht. Met tijd en energie bij de hut aankomen hoort bij wat een huttentocht zo leuk maakt.

Veel van dat inschatwerk nemen we uit handen met onze trekking app, die we in de video hieronder toelichten. De app werkt offline en past de wandeltijden aan op basis van jouw tempo, zodat je dagen realistisch blijven en niet gehaast aanvoelen. Daarnaast regelen we je hutovernachtingen vooraf, wat in populaire gebieden en in de zomermaanden geen overbodige luxe is. Als de logistiek klopt, kun jij je richten op het wandelen zelf en het ritme van hut naar hut.

Bij een huttentocht draag je alles wat je meeneemt meerdere dagen op je rug, dus licht inpakken maakt echt verschil. Veel eerste keer-hikers nemen te veel mee, gewoon voor de zekerheid, en merken dat bij elke klim. In berghutten is veel al geregeld voor de nacht, waardoor je verrassend veel spullen gewoon thuis kunt laten. Een lichtere rugzak loopt prettiger en zorgt ervoor dat je dag na dag fris blijft.

Voor je eerste huttentocht helpt het om je te beperken tot een overzichtelijke set basisbenodigdheden. Dit zijn de spullen die de meeste beginners dagelijks gebruiken, zowel onderweg als in de hut.

In de video hieronder laten we zien hoe wij onze rugzak inpakken voor een huttentocht en hoe je voorkomt dat je spullen meeneemt die je uiteindelijk niet gebruikt. Voor een compleet overzicht kun je ook onze paklijst voor huttentochten bekijken. Die gaat net wat dieper in op de details, maar blijft praktisch.

Meerdere dagen achter elkaar wandelen is iets anders dan een losse dagtocht, zeker in de bergen. Het draait vooral om een tempo dat je vol kunt houden zonder te haasten. Vroeg beginnen, regelmatig korte pauzes nemen en op tijd eten en drinken helpen om je energieniveau stabiel te houden. Tijdens je eerste huttentocht is gelijkmatigheid belangrijker dan snelheid.

Kleine gewoontes onderweg maken over meerdere dagen een groot verschil. Wandelstokken kunnen bij langere stijgingen en afdalingen de belasting op je knieën verminderen, en een goed afgestelde rugzak voorkomt pijnlijke schouders en heupen. In de video hieronder delen we de wandeltips die wij zelf gebruiken tijdens huttentochten, van tempo en pauzes tot het omgaan met lange klimmen en afdalingen. Het zijn simpele dingen, maar ze maken de tocht een stuk prettiger.